Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 22 juli 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 21 juli 2017 om 13.27 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Rondom een sturend laag boven Ierland staat er in ons aandachtsgebied
een zuidwestelijke stroming. Een ZO-NW georienteerde rug boven Nederland
verlaat spoedig het noordoosten, waarna de stroming van zuid naar
zuidoost draait. Het op donderdag gepasseerde koufront blijft vandaag
min of meer NO-ZW georienteerd boven Frankrijk en Duitsland liggen, maar
dit front komt met het krimpen van de bovenstroming zaterdag langzaam in
noordelijke richting. Een golftop, met aan de oostkant de warme lucht
(thetaW850 ca. 16°C), trekt in de nacht naar zaterdag en
zaterdagochtend over het uiterste (noord)oosten van het land of net oost
van ons land noordwaarts. De golftop ligt in een van west naar oost
gerichte vore, die zich tot boven de Noordzee uitstrekt. Rondom het
lagedrukgebied bij Ierland is een occlusie (type koufront) gedraaid en
deze bereikt zaterdagmiddag het uiterste zuidwesten van de FIR.
Zaterdagavond loopt een hoogtetrog op dit systeem in en tevens trekt er
een jetstreak (40-50 m/s op 300 hPa) over het westen van de FIR.

MODELBEOORDELING:
Het belangrijkste aandachtspunt is de koers van de golftop/vore op
zaterdag en de vraag hoe westelijk de warme lucht komt. In vorige runs
liet Hirlam de warme lucht (veel) westelijker komen dan de andere
modellen, Hir06Z is conform de andere modellen. Bovendien is opvallend
dat de Td in Hirlam 1-3 graden hoger (rond 20°C) liggen in die warme
lucht in het oosten/noordoosten. Dat resulteert in zeer hoge
CAPE-waarden (2000+) in het oosten/noordoosten zaterdagmiddag. EC EPS en
GFS laten voor EHTW/EHGG veel lagere waarden zien (max 1000 J/Kg),
hetgeen een realistischer beeld laat zien, ook gezien de huidige
dauwpunten in de aanvoerrichting van 16-17°C. De modellen lopen dan ook
uiteen als het gaat om de buien die in de warme lucht zouden moeten gaan
ontwikkelen. De modellen laten nabij en voor de occlusie een consistent
beeld zien met zaterdagavond activatie op nadering van de hoogtetrog.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op nadering van de vore neemt de wind boven zee weer toe naar 5-6 Bft,
mogelijk tot in de kustdistricten. In Noord-Holland bevindt zich tevens
een zeewindfront. Op het IJsselmeer en de Waddenzee komen soms
waterhoosjes voor, KHS-index geeft enige indicatie. In de loop van de
middag neemt de kans erop af, vanuit het zuiden nadert drogere lucht die
de convectie doet onderdrukken. Er is momenteel geen signaal voor zware
windstoten bij de buien van zaterdag. Er staat ook relatief weinig wind
in de kolom en bovendien is de lucht met name in het oosten onderin vrij
vochtig (geen verdamping).

BEWOLKING:
Vooral in het noorden Cu/Tcu. Bij de golf voornamelijk Sc/Ac. Aan de
warme kant mogelijk ontwikkeling van (ingebedde Cb's vanaf hoogte. Deze
kunnen opnieuw toppen tot FL300-350 bereiken. Meeste activiteit
hoogstwaarschijnlijk boven Duitsland, maar het is niet helemaal
uitgesloten dat het oosten er mee te maken krijgt. Zaterdagmiddag
mogelijk ontwikkeling van buien (opnieuw CB?s met toppen FL350) vanaf
de grond in het oosten/noordoosten. Bij de occlusie SC met in toenemende
mate ingebedde CB?s en mogelijk ook wat flarden ST. De hoogste
ST-kansen zijn echter weggelegd voor het noorden van de FIR bij de
vore.

NEERSLAG:
Als de golftop naar het noorden komt kunnen in de nacht naar zaterdag in
de warme lucht (onweers)buien tot ontwikkeling komen. Extra trigger is
dan mogelijk een in betekenis afnemende kortgolvige hoogtetrog.
Waarschijnlijk zorgt deze voor een activering van de neerslag boven
Duitsland in de nacht. Dan is de CAPE 700-1000 J/kg omdat de
ontwikkeling vanaf hoogte is. Aan de koude kant op de trog ook mogelijk
enige activering. Zaterdagmiddag in het noordoosten kleine kans op een
onweersbui. De hoge CAPE-waarden in Hirlam worden verworpen,
realistischer is een MUCAPE rond 1000 J/Kg voor het noordoosten. De
schering bedraagt 20-25 knopen. Dit kan toch een stevige bui opleveren.
Bij de occlusie aanvankelijk buiige regen, door de naderende hoogtetrog
sterk activerend, mogelijk ook voor de occlusie uit. Effectieve
windschering neemt dan ook toe naar 30-40 kn, mits convectie vanaf de
grond nog mogelijk is. Convectie kan voor passage van de occlusie nog
putten uit ongeveer 400-700 J/Kg. I.c.m. de hoogtetrog en windschering
is organisatie zeker mogelijk. Met name HA36 geeft enige indicatie voor
lijnvorming nog voor de occlusie uit. De grootste activiteiten worden
door de modellen echter wel pas op de Noordzee berekend.

ZICHT:
In buien zaterdag matig tot slecht.

TEMPERATUUR:
Zaterdag vooral in het oosten weer kans op 25+, afhankelijk van hoe
westelijk de golf ligt.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI